Het is niet goed gesteld met akker- en weidevogelpopulaties in Nederland. Ook in Drenthe laten veel kenmerkende boerenlandsoorten zoals Grutto, Wulp en Veldleeuwerik een neerwaartse trend in aantallen zien. De hoofdredenen voor deze teloorgang zijn het verdwijnen van geschikt en veilig leefgebied, gebrek aan voedsel en het verlies van nesten en kuikens door predatie of werkzaamheden op het land.
Om deze negatieve trend in populatiegroottes een halt toe te roepen is via het Plattelands Ontwikkeling Programma (POP) landelijk 9 miljoen beschikbaar gesteld voor fysieke investeringen in het land. Agrarische Natuur Drenthe nam als collectief het initiatief om maatregelen voor te dragen die gesubsidieerd kunnen worden via de POP3 subsidie. Samen met ATKB | Buro Bakker zijn twee plannen opgesteld: een voor weidevogels en een voor akkervogels. Deze plannen bieden maatregelen aan die specifiek gericht zijn op akkerland- en graslandgebieden, zodat akkervogel- en weidevogelpopulaties zich kunnen herstellen.
Fysieke investeringen
De plannen zijn erop gericht om het leefgebied van akker- en weidevogels te verbeteren door een gerichte aanpak van de bekende knelpunten. Zo wordt de openheid van het landschap geborgd in weidevogelgebieden en worden delen van het land onder water gezet zodat er meer geschikt foerageergebied komt. In akkerlandgebieden worden meer struiken en bosjes aangelegd, zodat akkervogels goed kunnen schuilen en broeden, terwijl aangelegde keverbanken meer voedsel verschaffen.
Innovatieve technieken
Ook de bescherming van vogels moet met de tijd meegaan. Innovatieve technieken bieden vernieuwde kansen om vogels snel en efficiënt te detecteren, zodat werkzaamheden op het land tot minder slachtoffers leiden. Zo is er een landelijk traject voor drones opgezet voor de ontwikkeling van warmtedetecterende software, die kuikens en nesten in het veld kan opsporen. Daarnaast worden landbouwmachines van zogenaamde wildredders voorzien die geluid uitzenden dat dieren verjaagd van het land, zodat ze gespaard blijven bij bijvoorbeeld maaien.
Samenwerking
De maatregelen kunnen alleen tot stand komen via een samenwerking met agrariërs, vrijwilligersorganisaties, terreinbeherende organisaties en de overheid. Overleg tussen alle belanghebbenden is cruciaal. Agrarische Natuur Drenthe en Buro Bakker hebben vanaf het begin van het project iedereen betrokken bij de gebiedsselectie en het opstellen van de aan te voeren maatregelen. Hierdoor bleek al snel dat het draagvlak groot is en agrariërs graag meewerken aan de maatregelen om akker- en weidevogels te behouden.
Drenthe heeft als provincie vele kenmerkende akker- en weidevogelsoorten en hierdoor de verantwoordelijkheid om populaties te behouden. De POP3-subsidie geeft de mogelijkheid om akker- en weidevogels de nodige hulp te bieden om populaties toe te laten nemen.